Harlingen – Nes Ameland, 25 juni (41 km)

Iedere tocht is weer anders

Dat merk ik al bij vertrek. In plaats van meteen een stromende geul te volgen, moet ik nu een heel eind lopen over het wad en zak ik steeds dieper weg in het slik. Uiteindelijk ga ik gewoon in mijn kano zitten en gebruik hem als soort van slik-slee. De boot is glad en glijdt soepel over het slik. Dat gaat veel sneller!

Bij de haven meld ik me aan. Ik kan direct door, er komen geen schepen aan. Dat is fijn, want er is veel stroming. In no-time race ik voorbij de haven, ik vaar wel 14,5 km per uur! Dat is super, want straks krijg ik na het wantij nog een flink stuk tegenstroom. De vissers gaan ook al weer op pad, hoor ik op mijn marifoon die nog op het havenkanaal staat.

Het geultje wordt al snel een eindeloze zee met tegenstroom tot ik bij de volgende geul ben. Daar kan ik aftellen want zeekanoër Lars Visser van Ameland komt mij tegemoet varen en we zullen elkaar rond mijn 30 km punt treffen. Met de golven en wind in de rug, maar stroom tegen vaar ik door. Ver weg, in het tegenlicht van de zon zie ik bij de boeien van de vaargeul een silhouet gaan. Dat is vast Lars. Via whats app-live ziet hij mij ook en samen surfen we richting het Danziggat. Om en om spurten we vooruit op de golven. We zijn iets laat en de tegenstroom begint al op te bouwen bij de haven. Het is daardoor een wasbord met stevige golven, dus we houden wat afstand en peddelen er soepel door.

Bij de pier van de haven staat de havenmeester. Ik mag van hem overnachten op het veldje bij de havenkantoor, ondanks dat de nieuwbouw nog niet klaar is. Echt top, wat is dit een leuke haven! Ik hang meteen mijn natte kleren uit om te drogen. En Lars heeft nog wat toeristische tips en wijst mij de weg naar de jumbo:)

De Cocksdorp – Harlingen (13 juni, 40 km)

Unieke droomtocht over de wantijen

Om 5.30 uur vertrek ik voor een uitdagende tocht naar Harlingen, met de opkomende zon en het intrekkende water van de vloedstroom. Het lijkt wel een rivier. De start is in elk geval goed en dat is fijn. Want ik moet 40 km afleggen in 6 a 7 uur, voordat het getij keert. Want dan krijg ik de stroom tegen en dat moet niet te lang duren. Waar ik vooral benieuwd naar ben, is of mijn berekening van de tijd waarop ik het wantij over kan, klopt. Als ik er nog niet overheen kan en moet wachten, dan heb ik daarna minder tijd voor de rest.

Maar het is een geweldig mooie waddentocht. Zeehonden rustend op de platen, heel veel vogels en af en toe een nieuwgierige zeehond vlakbij. En vooral fijn, bijna geen boten waar ik op hoef te letten. De platen liggen nog hoog naast mij bij dit lage water en ik vlieg er met mijn kano tussendoor.

Na 14 km kom ik aan bij het wantij. Mijn berekening blijkt te kloppen. De grote boeien worden kleine drijvende bolletjes en bij het laatste bolletje zie ik nog steeds water. De plaat is dus al onder water:) en het stroomt ook nog eens nog flink. Dus ik kan prima doorvaren

Na 20 km zit ik echt even in het niks. Geen land te zien, alleen maar water om mij heen. Maar straks zal Harlingen aan de horizon verschijnen, weet ik, en ik ga in volle vaart door.

Vlak voor Harlingen houd ik nog even in voor vier grote zeiljachten in de vaargeul. En vlak achter de laatste, kruis ik de vaargeul en vaar ik naar het strand waar ik na 5 uur flink peddelen ruim binnen de tijd aanland.

De kop van Texel, 12 juni

Echte primaire duintjes

Wat is het vandaag een mooie dag. Ondanks de voorspellingen voor minder goed weer, laat de zon zich veel zien. Vandaag geen tocht, vanwege de wind. Als training vaar ik met de kano in de stevige stroming bij kop van Texel een beetje heen en weer. Wind tegengesteld aan de golven, dus erg leuk. Ik kan op een golf surfen en toch niet hard gaan!

Daarna zwaai ik vanuit mijn kano Christa uit, die met veerboot De vriendschap naar de Ballastplaat gaat voor een Waddenexcursie. Wel apart trouwens, dat ik tussen de kitesurfers vaar. Dit is toch echt Waddenzee, een natuurgebied. Ik zie zwermen sterns voorbij vliegen, vlak boven de golven. Prachtig. En het zijn er ook veel. Als er een paar kiters dichtbij elkaar zijn, zie ik een stel sterns omhoog gaan en uitwaaieren om daarna weer vlak boven de golven verder te vliegen.

Aan het Noordzee strand, om de hoek bij de vuurtoren, liggen echte primaire duintjes. Het strand wordt hier breder en daardoor ontstaan er nieuwe, kleine duintjes. Het helmgras houdt zand vast en groeit mee met het hoopje zand. Deze kwetsbare jonge duintjes worden dan ook beschermd hier, er staat een oranje lint omheen. Dit is precies wat de Waddenzee zo mooi maakt, hier is nog volop ruimte voor natuurlijke ontwikkeling en dynamische processen.

De tocht met de Vriendschap was ook fantastisch zei Christa naderhand. Krabbetjes, wadpieren, kokkels, strandgapers, en zeesla, mede dankzij de enthousiaste crew.

Oudeschild – De Cocksdorp (10 juni, 21 km)

Een echte waddentocht!

Over het wantij van Scheer langs een gesloten natuurgebied, ‘De vlakten van kerken’. Het is hier heel lang ondiep. Als ik dit gebied nader, komen grote groepen Eidereenden mij tegemoet. Ik denk dat de grote ondiepe vlakte waar ze normaal lekker krabbetjes en schelpjes eten, te diep voor ze wordt door het opkomende water. Gaaf om dit natuurgebied eens in het echt te zien. Behalve de eidereenden zie ik ook een zeehondje dat even opduikt. Ik volg de boeien van het geultje waardoor ik goed profiteer van de stroming die ik mee heb. Met ook de wind in de rug surf ik hele stukken op de golven en vlieg ik over het water.

Later op het wantij wordt het heel ondiep. Ik probeer een stuk af te snijden. Dat zuigt aan de boot en met wind tegen moet er ook nog even gewerkt worden. Door het afsnijden ben ik eerder over het wantij… en stroomt het nog tegen mij in. Maar wat is dit leuk.

Het strand waar ik aankom, bij De Cocksdorp op Texel, is prachtig, vol schelpen. De stranden zijn hier zoals ze moeten zijn! Heerlijk.

‘s Middags wil ik door naar Vlieland, om daar om 22.00 uur aan te komen in de haven. Ik bel even naar de haven om alvast te vragen waar ik mijn tentje neerzetten kan. ‘Nou, dat mag niet meneer, u kunt in de haven geen tentje neerzetten.’ Ik ben perplex. Mijn flexibiliteit houdt even op. Ik besluit maar wat langer hier op deze plek te blijven en ga vanavond wel puzzelen over hoe ik nu verder kan.

‘Verboden voor een tentje van een kano’, ik kan het bijna niet geloven…. bizar hoor, op een Waddeneiland. Dat zal je in Denemarken niet snel gebeuren. Met een motorbootje rondhoppen dat mag blijkbaar, maar met spierkracht, dan moet je het zelf maar uitzoeken….

Den Helder – Oudeschild (9 juni, 12 km)

De Waddenzee!

Het is prachtig weer en ik mag weer peddelen! Alles is weer opgetuigd en ingepakt, op de basaltblokken voor de veerhaven van Den Helder. Mijn plan is om in een keer door te varen naar Kornwerderzand en liever nog, naar Harlingen. Maar ik kan pas om 15.00 van start, 6 uur later moet ik er zijn want dan keert het tij.

Christa zwaait mij uit. Ik wacht tot de veerboot weg is en daar ga ik. Op naar de eerste groene boei. Er komt een vissersboot aan. Ik doe rustig aan, zodat de boot mooi ruim voorlangs kan. Daarachter zitten er nog twee. Daar ga ik niet op wachten, en dat hoeft ook niet. Ik geef gas en focus op de boei voor mij.

Even is het rustiger met bootjes en dan barst het los. Links, rechts, ver weg en dicht achter mij, overal boten! Snelle-, rondvaart- en vissersboten en een vrachtschip…. Ik voel mij niet echt rustig bij de groene boeien en vaar naar de rode boeien langs de oever. De stroom is hier ook rustiger en…. veel krachtiger! Ik schiet door het water. En daar zie haven Oudeschild. Die heeft een mooi tent plekje voor kanoërs, weet ik. Het is vijf uur en ik denk, dit is natuurlijk ook wel een leuk plan. Dan vertrek ik morgen vanaf hier en heb ik Texel in ieder geval aangedaan.

Het plekje is super. Trek mijn kano de helling op, over een dik touw dat ik slingerend heb neergelegd. Werkt goed. De kano pak ik daarna op en leg ik op het veldje. Een helling moet altijd zo snel mogelijk leeg zijn.