Vanmorgen vroeg opgestaan. De wind waait hard de baai in en het is droog. Ik wil op pad, maar twijfel. Zal ik de baai helemaal volgen, eerste stuk met forse tegenwind? Wel zo veilig. Of wacht ik tot de middag, wanneer het een tijdje windstil wordt? Dan kan ik dwars over de baai oversteken en heel wat kilometers afsnijden! Dat laatste klinkt het meest aantrekkelijk. Dus ik wacht tot de middag en vertrek voor de grote oversteek.
Het is een mooie tocht. Onderweg in de baai zit ik net tussen twee windrichtingen in. Het water wordt heel glad, de wind valt weg terwijl er nog wel golven zijn van de wind daarvoor. En op het water verschijnt een prachtige goudkleurige glans. Misschien kun je dat wel zien op het filmpje.
En zo peddel ik langs de westkust van Zweden! Dat is zo gaaf, heel bijzonder, deze overtocht. Het blijft spannend natuurlijk, maar op een gegeven moment heb ik nog steeds de golven tegen, maar wind mee. En dat is zo fijn. Dan heb je niet, dat de achterop komende golven je wegzetten als ze je inhalen. Het is alsof er een dolfijn aan de achterkant aan het duwen is. Ik ga heel soepel door het water, soms wel 9 km per uur.

De steile wanden van kullen zijn indrukwekkend vanuit het water. Rode rotsen met bomen erop, zo uit het water. Hier en daar een heel klein stenig strandje waarlangs de rotsen recht omhoog gaan. Daarom kan het lastig zijn om een overnachtingsplekje te vinden aan deze rotskust. Als ik langs de haven van Mölle kom, twijfel ik ook niet lang en besluit hier te overnachten.


